Baggerwerk onder de RDM scheepslift, Rotterdam
Locatie | Rotterdam, Nederland |
---|---|
Opdrachtgever | Port of Rotterdam |
Periode | 2015 |
Ingezet materieel |
Albatros
Amazone Rival Naast ons kraanschip Rival, hebben wij gebruik gemaakt van beunschepen “Prinsenstad” en “Geroma” en onze peilboot “Alk”, welke inmiddels is vervangen door een andere peilboot. |
Baggervolume | Totaal ca. 8.500 m3 |
Over dit project
Vanwege het opnieuw in gebruik nemen van de scheepslift op het RDM terrein dient de toegang en de scheepslift gebaggerd te worden, te weten: baggeren onder het hefplateau van de scheepslift, het open gedeelte in de scheepslift, tussen de geleide werken in de mond van de ingang en achter de geleide werken in de mond van de ingang.
Voor het baggerwerk was een specialistische baggertechniek vereist. Naast de beperkte breedte van de ingang van de scheepslift, was voornamelijk de hoogte een beperkte factor. Tussen de onderkant van het liftplatform en de waterspiegel was, afhankelijk van het getij, niet tot nauwelijks ruimte. Het baggervak was omringd door kadeconstructies en het liftplatform, deze objecten werden blootgesteld aan het risico van beschadiging als gevolg van de baggerwerkzaamheden.
In verband met de slechte bereikbaarheid onder het liftplatform en nabij de kade is besloten te gaan baggeren met behulp van duikers.
Voorafgaand hebben wij een duikinspectie uitgevoerd onder het liftplatform. Wij hebben hierdoor inzicht gekregen in onder andere de dichtheid van het geconsolideerde slib en de exacte omstandigheden onder het platform. Op basis van deze bevindingen constateerde wij dat het wegzuigen van het slib met een baggerpomp, voorzien van zuigslang, voldoende zuigvermogen gaf om de geconsolideerde slib te verwijderen. Deze pomp werd afgehangen aan pontons.
Vanuit het verleden werkten wij al vaker succesvol samen met DUC-Diving van Urk. Ook voor dit specialistisch werk hebben zij ons ondersteund. De duikers konden alle plaatsen (zoals damwandkassen) eenvoudig op diepte baggeren zonder de kade te beschadigen.
Het gebruik van een slibpomp leverde een groter uitleveringspercentage, met als gevolg meer te vervoeren en te storten baggerspecie. Door de slib niet direct in beunbakken te pompen, maar naar een tijdelijk onderwaterdepot, kreeg het materiaal de tijd om te consolideren, wat resulteert in een lager uitleveringspercentage (± 30%). De eigenschappen van het slib waren dusdanig, dat dit redelijk snel bezonk (<2 uur).
Om vertroebeling en verspreiding van het sterk verontreinigd slib te
voorkomen hebben wij gebruik gemaakt van een bellenscherm ter hoogte van het bestaande slibscherm en werd de mond van de persleiding beneden de bovenkant van het bestaande slibscherm gehouden.
Het consolideerde materiaal kon met behulp van het kraanschip verwijderd worden uit het tijdelijk onderwaterdepot en afgevoerd worden naar het baggerdepot de Slufter.
Monitoren
Naast het baggeren onder de scheepslift was ook het peilen onder de scheepslift een uitdaging. Doorgaans voerden wij peilingen uit met behulp van een multi beam onder een surveyboot. Voor het gebied vóór de scheepslift werd deze werkwijze ook gehanteerd. Hiermee konden wij tot op 2 cm nauwkeurigheid peilen. Onder de scheepslift was deze peilmethodiek echter niet mogelijk in verband met de zeer beperkte doorvaarthoogte. Daarnaast beschikte de
meetapparatuur onder de scheepslift niet over een GPS verbinding waardoor meetwaardes niet exact gecorrespondeerd konden worden met de juiste locatie. Onder de scheepslift is daarom een andere meet methodiek toegepast, de zogenaamde handpeiling.